Vervoer van kat naar een land buiten de EU naar een EU-land



Regels bij vervoer van een land buiten de EU naar een EU-land

Bij vervoer van honden, katten en fretten van een land buiten de EU naar een EU-land kan onderscheid worden gemaakt tussen landen waar geen rabiës voorkomt en overige landen (ook wel derde landen genoemd). 

Landen waar geen rabiës voorkomt
Voor de invoer van honden, katten en fretten uit onderstaande landen naar een EU-land gelden dezelfde regels als bij vervoer binnen de EU. 

  • Andorra
  • Antigua en Barbuda
  • Argentinie
  • Aruba
  • Ascension
  • Australië
  • Bahrein
  • Barbados
  • Bermuda
  • Canada
  • Caymaneilanden
  • Chili
  • Falklandeilanden
  • Fiji
  • Frans Polynesië
  • Hong Kong
  • IJsland
  • Jamaica
  • Japan
  • Kroatië
  • Liechtenstein
  • Mauritius
  • Mayotte
  • Monaco
  • Montserrat
  • Nederlandse Antillen
  • Nieuw-Caledonië
  • Nieuw-Zeeland
  • Noorwegen
  • Russische Federatie
  • Saint Kitts en Nevis
  • Saint Vincent en de Grenadines
  • Saint-Pierre en Miquelon
  • San Marino
  • Singapore
  • Sint-Helena
  • Taiwan
  • Vanautu
  • Vaticaanstad
  • Verenigde Emiraten
  • Verenigde Staten van Amerika
  • Wallis en Tutuna
  • Zwitserland

Overige landen
Bij het vervoer van honden, katten en fretten uit een land waar rabiës voorkomt naar een EU-land, gelden naast de regels voor vervoer binnen de EU ook nog extra regels. Hieronder vindt u alle regels op een rij:

  • Chip of tatoeage
    U bent verplicht een identificatie bij uw dier aan te laten brengen. Dit kan de dierenarts doen. In Nederland wordt vooral de ‘elektronische transponder‘ (chip) gebruikt, die onderhuids wordt aangebracht. Naast de chip is ook een tatoeage als identificatie toegestaan.

  • Veterinair certificaat
    Honden, katten en fretten die afkomstig zijn uit een derde land en die voor niet-commerciële doeleinden de Europese Unie binnenkomen, moeten een gestandaardiseerd veterinair certificaat bij zich hebben. Voor het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Malta en Zweden gelden andere regels. Op dit certificaat staan de identiteit, de rabiësvaccinatie, de eventuele bloedtest en eventuele andere behandelingen. U kunt hier het Veterinair certificaat downloaden.

  • Vaccinatie
    U moet uw dier laten inenten tegen rabiës (hondsdolheid). Dit kan uw dierenarts doen. De eerste vaccinatie (primovaccinatie) is geldig vanaf 21 dagen nadat het door de fabrikant voorgeschreven vaccinatieprotocol is afgerond.

Dieren jonger dan drie maanden hoeft u niet te vaccineren. Een lidstaat mag echter dieren jonger dan drie maanden weigeren. Naar verwachting zullen het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Italië en Spanje dieren onder de drie maanden weigeren. Wie naar een van deze landen gaat, kan bij de desbetreffende ambassade vragen naar de specifieke eisen (soort verklaring, weigeren invoer dieren jonger dan drie maanden). Nederland laat dieren jonger dan drie maanden, afkomstig uit een land waar rabiës voor komt, niet toe.

  • Bloedtest
    Bij een hond of kat afkomstig uit een derde land, moet drie maanden voor de reis een bloedtest worden uitgevoerd. Voor Ierland en het Verenigd Koninkrijk moet de test zes maanden voor vertrek zijn afgenomen en voor Zweden vier tot twaalf maanden na de laatste vaccinatie tegen rabiës. Deze test is noodzakelijk om aan te tonen dat het dier is ingeënt tegen rabiës. De bloedtest hoeft u maar één uit te voeren. Maar dan moet de hond of kat daarna jaarlijks (volgens bijsluiter van vaccin) worden ingeënt tegen rabiës. Deze extra eis geldt niet voor fretten.
    Als een dier uit de EU op vakantie gaat naar een derde land waar rabiës nog steeds voorkomt, moet het dier voor vertrek naar het buitenland de bloedtest hebben ondergaan. Op deze manier heeft het dier op tijd de bloedtest ondergaan.

  • Quarantaine
    Voor de invoer vanuit een derde land waar rabiës nog voorkomt naar Ierland, Zweden, Malta en het Verenigd Koninkrijk blijft de quarantaineperiode van zes maanden gehandhaafd.

  • Echinococcen en teken
    Tot 3 januari 2009 mogen lidstaten extra eisen stellen voor echinococcen en teken. Tot nu toe is bekend dat Zweden, Finland, Ierland en het VK een behandeling tegen echinococcen eisen. Ierland en het Verenigd Koninkrijk eisen daarnaast ook nog een behandeling tegen teken.

Klik hier voor de Ierse extra eisen
Klik hier voor de Zweedse extra eisen
Klik hier voor de Britse extra eisen
Klik hier voor de Maltese extra eisen

Papieren niet in orde?
Als de papieren van het gezelschapsdier niet in orde zijn, kan de douane het dier aanhouden. Gevolgen kunnen zijn:

  1. het dier wordt in quarantaine geplaatst totdat het voldoet aan de gezondheidsvoorschriften;
  2. het dier wordt teruggezonden naar het land van herkomst.

Als quarantaine of terugsturen geen opties zijn, kan in het uiterste geval euthanasie op het dier worden toegepast. Alle extra kosten zijn voor rekening van de eigenaar van het dier.

Overgangsmaatregel
Een speciale overgangsmaatregel moet de overgang naar de nieuwe geharmoniseerde regelgeving die per 3 juli 2004 ingaat, versoepelen. De overgangsmaatregel die tussen 3 juli 2004 en 1 oktober 2004 gold is inmiddels vervangen door de onderstaande overgangsmaatregel. De overgangsmaatregel zal na verloop van tijd worden ingetrokken.

Wanneer een niet-commercieel gehouden hond, kat of fret na 1 oktober 2004 niet vergezeld is van het gestandaardiseerde Europese paspoort, zal deze toch toegelaten worden tot de Europese lidstaten als het voldoet aan de volgende voorwaarden:

  • het dier is volgens de geldende regelgeving geïdentificeerd, gevaccineerd tegen rabiës en heeft, als van toepassing, een bloedtest ondergaan, 
  • het voorgaande staat genoteerd op een certificaat dat afgegeven is vóór 1 oktober 2004, en dat nog geldig is. Voor alle duidelijkheid: vaccinaties en eventuele andere vereiste behandelingen die ná 1 oktober 2004 zijn uitgevoerd, moeten dus wel in het nieuwe EU-paspoort zijn opgenomen.

Deze overgangsmaatregel geldt niet voor honden, katten en fretten die voor commerciële doeleinden deelnemen aan het intracommunautaire verkeer.